‘Ontwikkelingssamenwerking werkt alleen vanuit een gelijkwaardige houding ten opzichte van elkaar. Het lijkt soms misschien alsof Mercy Ships veel geeft aan bijvoorbeeld een land als Senegal, maar Senegal geeft net zoveel terug aan Mercy Ships. De zegen van de missie werkt door naar beide kanten.’ Het zijn de woorden van Anita Delhaas: de nieuwe directeur van Mercy Ships Holland. Met tientallen jaren ervaring bij christelijke hulporganisaties als World Vision Nederland en International Justice Mission brengt ze een duidelijke visie op internationale samenwerking mee. In dit artikel maakt u kennis met haar.
Anita, je bent al op bezoek geweest bij onze schepen. Kun je iets vertellen over je eerste indrukken?
‘Het was heel bijzonder om de schepen te zien en de bemanning te ontmoeten. Ik was erg onder de indruk van de professionaliteit waarmee alles gebeurt, dat mensen het beroep waar ze normaal geld mee verdienen in dienst willen zetten voor de organisatie. Het zijn vooral de mensen die me hebben geraakt. Zo had ik een gesprek met een vrijwilliger die in Afrika de dorpen ingaat om palliatieve zorg te verlenen. Ze vertelde het verhaal van een jongen die zó ernstig verbrand was, dat Mercy Ships helaas niets meer voor hem kon doen. Het mooie is dat ze zo’n jongen dan niet loslaten. Mercy Ships heeft alle medicijnen betaald, ze hebben gezorgd dat hij in het ziekenhuis kon liggen en de verpleegkundigen training gegeven voor het verbinden van zijn wonden. Uiteindelijk is de jongen overleden, maar Mercy Ships is er tot het laatste moment bij geweest. De vrijwilliger vertelde dat ze niet met de jongen konden praten vanwege de taalbarrière, maar dat ze veel voor de jongen gezongen hebben, dat kon wèl. De toewijding van die vrijwilliger, dat ze er op zo’n waardevolle manier voor die jongen kon zijn, dat raakte me erg.’
Hoe zou je jezelf voorstellen richting onze donateurs?
‘Als persoon ben ik een mensenmens, ik vind het belangrijk om oog te hebben voor iedereen, want mensen maken een organisatie samen. Dat is aan boord van de schepen zo, maar net zo goed op kantoor in Rotterdam. Ik wil het beste uit mensen halen, ervoor zorgen dat de teams goed samenwerken. Alleen door goede samenwerking breng je de organisatie naar een hoger niveau. Ik kijk er naar uit om samen te werken met jong en oud. Oudere mensen zoals ikzelf brengen waardevolle ervaring met zich mee. De jonge mensen het enthousiasme en de nieuwe ideeën. Erg mooi om dat samen te combineren!’
Mercy Ships werkt natuurlijk in Afrika. Heb je wat met dit continent?’
‘Afrika haat je of je houdt ervan. Voor mij geldt het laatste. Het is een continent met een hele open cultuur, mensen vertellen gelijk alles aan je. Ze zijn altijd vrolijk, warm en gastvrij. Het zijn prachtige mensen, die helaas weinig kansen hebben gekregen doordat ze in Afrika geboren zijn. Er zijn daar allerlei grote problemen die samenkomen: klimaatverandering, de slechte staat van de gezondheidszorg, allerlei ziektes en oorlogen die daar nog overheen komen. Voor heel veel mensen in Afrika bestaat hun leven uit overleven. Vaak hebben ze al op jonge leeftijd geen ouders meer, waardoor ze niet naar school kunnen gaan, en heel simpel werk moeten gaan doen om te overleven. En bijvoorbeeld in Senegal is vervuiling ook een enorm probleem. Ze hebben daar veel geiten, die eten het zwerfafval op, en de mensen eten de geiten dan weer waardoor ze allerlei ziektes krijgen. We zijn zo bevoorrecht in Nederland, daar hebben we nauwelijks besef van.’
De andere organisaties waar je hebt gewerkt, World Vision en International Justice Mission (IJM), strijden tegen andere problemen dan Mercy Ships. Waar zie je overeenkomsten, waar zie je verschillen?
‘Ik geloof dat God kijkt naar mensen als geheel: dat Hij zorgt voor geest, ziel en lichaam. Ik vind dus ook dat de mens zo moet worden gezien, en dat aan al deze onderdelen gewerkt moet worden. World Vision, IJM en Mercy Ships belichten misschien een ander aspect van de mens maar ze werken uiteindelijk allemaal aan hetzelfde. Mercy Ships werkt ook volgens deze visie, door het samenwerken met overheden, het onderwijs voor de mensen die ze helpen en de training van medische professionals. Voor mij maakt het dan niet zo heel veel uit op welk aspect van de mens de focus ligt. Eigenlijk lijken al deze organisaties op elkaar, ze willen allen in Gods koninkrijk een steentje bijdragen. Dat is het belangrijkste.’
‘Eigenlijk geven we maar heel weinig in vergelijking met wat we terugkrijgen’
Wat is jouw visie op ontwikkelingssamenwerking?
‘Iemand is nooit te rijk om te ontvangen, en je bent ook nooit te arm om te geven. Wat ik hiermee bedoel is dat we elkaar nodig hebben. Niet vanuit de houding dat wij Westerlingen wel even hulp komen brengen in Afrika, maar vanuit een gelijkwaardige houding ten opzichte van elkaar. Alleen zo werkt het. Het lijkt soms misschien alsof Mercy Ships veel geeft aan bijvoorbeeld een land als Senegal, maar Senegal geeft net zoveel terug aan Mercy Ships. De zegen van de missie werkt door naar beide kanten. Dat merk je ook aan de bemanning van Mercy Ships, als ze aangeven dat ze door dit werk te doen een beter mens worden. We zijn in Nederland zo bevoorrecht, we hebben zoveel geld. Eigenlijk geven we maar heel weinig in vergelijking met wat we terugkrijgen. De warmte en de liefde van de mensen daar, dat is zo’n groot geschenk.’
Waar kijk je het meeste naar uit de komende tijd?
‘Ik kijk er erg naar uit om het Mercy Ships team in Nederland te leren kennen, om samen aan de slag te gaan om tot zegen te zijn voor de missie van Mercy Ships in Nederland. Ik geloof ook dat we heel veel te geven hebben vanuit Nederland. Met twee schepen hebben we meer bekendheid, meer donateurs en meer vrijwilligers op de schepen nodig. Ik kijk er naar uit om samen met het team de schouders eronder te zetten en hierin een mooie ontwikkeling te maken in de komende tijd.’