Sierra Leone, een indrukwekkende geschiedenis – Blog 6
Ga naar de pagina van Hannah StruikDeze week ging ik op mijn vrije dag naar Bunce Island en Tussa Island. Dit zijn eilanden waar vroeger inwoners van Sierra Leone vandaan werden gehaald om verscheept te worden naar Noord Amerika om gedwongen arbeid te verrichten op plantages. Samen met een groepje van 7 gingen we eerst met keke’s naar de haven vanwaar het ‘bootje’ zou vertrekken. Dat ging al goed want de helft van de groep werd compleet ergens anders afgezet. Gelukkig kwamen ze uiteindelijk na drie kwartier bij de haven aan. Het is wel lastig om als groep op te splitsen in de stad, gezien de zeer beperkte communicatiemiddelen. Op zulke momenten realiseer je opnieuw dat je in een totaal andere wereld bent en hoe het is om te leven zonder mobiel (met bereik).
Eenmaal in de boot kregen we een zwemvest aan en werd de motor aangezet. Toen gingen we toch met een vaart die haven uit! Je kon elkaar niet meer verstaan en even dacht ik nog: die boot breekt zo in tweeën door die klappen op het water. Na 15 min varen kwamen we langs bauxietmijn. Onze tourguide legde uit dat Sierra Leone een van de rijkste Afrikaanse landen zou moeten zijn op papier, maar de lokale bevolking profiteert niet van de rijkdom aan grondstoffen die uit de mijnen komen. De boot vertrok weer en even later stopten we midden op het water. De stuurman zag een vis drijven en ja, die kans kun je niet voorbij laten gaan. De Baracuda zonder staart werd in de boot gegooid, we vaarden naar de kant, gaven de vis af bij het dorp en gingen weer verder.
Hierna kwamen we aan bij Bunce Island. Ruïnes van de gebouwen waar vroeger slaven werden vastgehouden waren te zien. Het was bizar om te horen hoe vreselijk hier geleden is. Circa 30.000 mensen uit Sierra Leone zijn hier gepasseerd, gebrandmerkt en verscheept naar Europa en Amerika. Later gingen we door naar het volgende eiland, Tussa Island. Hier kregen we een lokale maaltijd (gelukkig niet de baracuda zonder staart).
Even ter illustratie hoe een baracuda eruit ziet.
Ook het Peace museum heb ik deze week bezocht. Dit museum is gemaakt ter nagedachtenis aan de burgeroorlog die plaatsvond tussen 1992 en 2002. Hier is ook een archief te vinden met alle getuigenissen van ooggetuigen en slachtoffers van die oorlog. De foto’s en verhalen van die periode waren zeer indrukwekkend van die periode en gaven duidelijk weer dat het een hel moet zijn geweest. Iemand van het schip had al gewaarschuwd: dit is geen streekmuseum met potscherven, dit is veel meer ‘ongecensureerd’ en daar was niets aan gelogen. Sommige foto’s die werden tentoongesteld, waren bedekt door een zwart laken. We werden gewaarschuwd dat dit zeer heftige beelden waren en daarna werd het zwarte laken weggehaald. Door dit gezien en gehoord te hebben kan ik me een beter beeld vormen van wat de mensen hier hebben meegemaakt en hoe dit ze gevormd heeft.
Ik sprak hierover met een van de medewerkers van chaplaincy, een soort geestelijk verzorgers voor de patiënten. Hij vroeg mij hoe religie werd vormgegeven op mijn werk. Ik vertelde dat het grootste gedeelte niet gelovig was en dat dit niet gebruikelijk was in Nederland. Hij begreep er niets van, je gelooft toch wel iets? Vanuit Europa hebben jullie het christendom naar Afrika gebracht en nu geloven jullie het zelf niet meer? HIj vertelde dat geloof en hoop een van de belangrijkste dingen in Sierra Leone zijn. De inwoners hebben veel meegemaakt en nog steeds is het leven keihard. Elke dag moet er hard gewerkt worden om geld te verdienen voor eten. Ebola heeft zijn tol geëist en de burgeroorlog heeft zijn sporen na gelaten. ‘Gelukkig hebben we geloof en religie, dit geeft ons hoop en vrede in ons hart als het leven zwaar is.’
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!
Wat een herkenbare verhalen schrijf je. Ik weet nog goed dat ik dit gesprek over geloof ook vaak heb gehad in Tanzania. Iedereen is daar gelovig en hangt wel een geloofsovertuiging aan, ze kunnen zich dan ook niet voorstellen dat dat hier niet meer zo is…